Inwoners Noordoost-Brabant ervaren mobiliteit als voldoende
04 oktober 2024

Maar de mobiliteit van kwetsbare groepen vraagt aandacht. Dat is de belangrijkste uitkomst van het onderzoek van RNOB naar de mobiliteit in de kernen en wijken van Noordoost-Brabant. Milou van Mierlo van RoyalHasKoningDHV voerde het onderzoek uit in het kader van het RNOB Multimodaal MobiliteitsPakket Verstedelijking. Jan van Burgsteden en Antoinette Maas zijn de bestuurlijke trekkers vanuit RNOB van het mobiliteitsonderzoek.

delen

Wat is onderzocht?

Het onderzoek vond plaats naar aanleiding van de landelijke aandacht voor vervoersarmoede, een eerdere publicatie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en de nieuwe OV-concessie waar de provincie Noord-Brabant aan werkt.

 

Het mobiliteitsonderzoek richtte zich op de toegankelijkheid van vervoer in onze regio en het voorzieningenniveau in verschillende kernen. Per auto, fiets en openbaar vervoer (OV). De resultaten laten zien dat bereikbaarheid voor een groot deel van de inwoners voldoende is, maar dat er ook groepen zijn die tegen beperkingen aanlopen.

 

Belangrijkste bevindingen

  • Autonetwerk: Alle kernen zijn goed verbonden met het autonetwerk, maar de afhankelijkheid van de auto is groot.
  • Openbaar Vervoer: Er zijn ontbrekende schakels in het OV, vooral ’s avonds en in het weekend, wat problemen oplevert voor inwoners zonder auto.
  • Fietsnetwerk: De toegang tot het fietsnetwerk is niet overal optimaal, wat de bereikbaarheid voor niet-automobilisten verder beperkt.
  • Risicogroepen: Voor kwetsbare groepen kunnen deze beperkingen betekenen dat zij (nog) minder toegang hebben tot basisvoorzieningen. Het gaat bijv. om mensen die minder mobiel zijn, op leeftijd, zonder rijbewijs en mensen die minder goed kunnen lezen.

 

Lees hier het volledige onderzoeksrapport 'Bereikbaarheid (kleine) kernen Noordoost-Brabant'

Handelingsperspectief

Op basis van de onderzoeksresultaten is een handelingsperspectief voor gemeenten gemaakt met tips om de bereikbaarheid te vergroten. Er zijn zeven mobiliteitsprofielen opgesteld per kern en wijk en of er bijv. risicogroepen wonen. Deze profielen helpen om per wijk of kern gerichte maatregelen te nemen, zoals verbeteringen in voet- en fietspaden of meer aandacht voor voorzieningen binnen bereik. Het onderzoek dient ook als bouwsteen voor de ontwikkeling van een bredere dorpenstrategie en voor toekomstige mobiliteitsplannen in (Noordoost-)Brabant.

Bravoflex in onze regio

In Brabant loopt al een mooi initiatief om de toegang tot het OV te verbeteren: Bravoflex. Deze flexibele vervoersdienst biedt een betaalbaar alternatief voor mensen zonder eigen vervoer, waarmee zij op bestelling vanuit elke kern naar een overstappunt voor het OV kunnen reizen.  Vandaar uit kunnen ze verder reizen. “Vanaf 1 januari 2026 gaat Bravoflex ook in Noordoost-Brabant van start”, vertelt Antoinette Maas. “Waar geen OV beschikbaar is, kost zo’n ritje € 2 en anders € 5. Hoe dat gaat werken dat gaan we goed uitleggen.”

Kenmerken van de inwoners

De digitale rapportage ‘Bereikbaarheid (kleine) kernen in Noordoost-Brabant’ sluit naadloos aan op het recent gepubliceerde onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) 'Beter bereikbaar?' Het PBL adviseert onder andere om in toekomstig onderzoek aandacht te besteden aan ‘kosten, comfort en individuele dimensies’.

Met dit Noordoost-Brabantse onderzoek geven de gemeenten hier al invulling aan. Want naast toegang tot mobiliteit en aanwezige voorzieningen (bijv. winkels, scholen en huisarts) biedt het onderzoek inzicht in de kernmerken van de mensen die in de kernen en wijken wonen. Dit laatste is een echte aanvulling op de landelijke onderzoeken die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd.

Andere kijk 

Jan van Burgsteden geeft aan dat het onderzoek zijn kijk op de mobiliteitsopgaven voor kleine kernen en wijken aan de stadsranden heeft veranderd. “Bij het maken van lokaal en regionaal beleid zullen we nog beter kijken naar het dagelijkse leven van mensen. Met de mobiliteitsprofielen kunnen we kijken waar aandachtspunten zitten en dat kan per kern verschillen. Soms moeten we op armoedebeleid inzetten, soms op meer of betere voet- en/of fietspaden. Er is niet één oplossing voor alles. “

Hoe verder?

De aanbevelingen uit het bereikbaarheidsonderzoek worden meegenomen in de aanbesteding van de nieuwe OV-concessie van de 'provincie Oost-Brabant’  en in de nieuwe Multimodale Mobiliteitsagenda Zuid-Nederland Nederland (Brabant en Limburg met provincies en Ministeries). Op basis van de tips uit het onderzoek gaan RNOB en de gemeenten samen bekijken hoe de mobiliteit ook direct verbeterd kan worden. Daarnaast wordt er gewerkt aan bewustwording onder inwoners over de beschikbare vervoersmogelijkheden.

 

Antoinette Maas: “Wat we in ieder geval alvast beter kunnen doen is inwoners informeren over de mogelijkheden die er aanvullend op auto, bus, trein en fiets zijn. Daarvoor is de website www.vervoervoormij.nl gemaakt.”

Grote belangstelling voor het onderzoek

Andere regio’s, gemeenten, onderzoekers, journalisten hebben veel belangstelling voor dit onderzoek, waaronder RTL Nieuws. Ook ontvangt RNOB uitnodigingen om over het onderzoek te komen vertellen, zoals bij de bestuurlijke bijeenkomst van de VNG op 20 november a.s. en het Nationaal Verkeerskunde Congres. Daarnaast blijven RNOB en gemeenten de resultaten van het onderzoek zelf agenderen en breed onder de aandacht brengen. 


Meer over: Slimme mobiliteit