Na jaren van decentralisatie pakt het Rijk hierin weer de regie. Dat neemt niet weg dat er de komende maanden ook voor de gemeenten en waterschappen een belangrijke kans (lees: taak) ligt om via regionale en provinciale voorstellen input te leveren aan wat uiteindelijk de Nota Ruimte van het Rijk wordt. RNOB biedt voor onze regio Noordoost-Brabant daarvoor een platform.
Hieronder leest u op hoofdlijnen wat er op de verschillende overheidsniveaus gaat gebeuren en wat er nodig is.
Rijk neemt regie
Dat het Rijk de touwtjes weer stevig in handen neemt bij de inrichting van de beschikbare ruimte in Nederland is op diverse sporen al goed zichtbaar. Denk bijvoorbeeld aan de Woondeal, Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG), Verstedelijkingstrategie (wonen en mobiliteit), NOVEX-gebieden en de Regionale Energie Strategie (RES).
De centrale aansturing van deze sporen gebeurt echter niet altijd integraal. Omdat de aanpak van de ene maatschappelijke opgave impact heeft op andere opgaven, maakt het Rijk nu een integratieslag tussen de verschillende sporen: een afweging tussen mogelijk botsende belangen en ruimteclaims. De uitkomst van dit proces wordt het ‘Ruimtelijk Voorstel’ genoemd. Het uitvoeringsprogramma daarvan noemt het Rijk het ‘Ruimtelijk Arrangement’.
Het Ruimtelijk Voorstel is de basis voor een nieuwe nationale Nota Ruimte. In de Nota Ruimte wordt de toekomstige inrichting van Nederland vastgelegd. Het gaat daarbij om de ruimtelijke inpassing van opgaven op het gebied van wonen, bereikbaarheid, energie, economie, landbouw en natuur.
Noord-Brabant aan zet
De provincies hebben de taak gekregen om bouwstenen aan te leveren voor deze nieuwe Nota Ruimte. In Brabant gaat de provincie Noord-Brabant de integratieslag (of spreekwoordelijke ‘breipen’) tussen al deze ruimtelijke sporen én de ruimtelijke neerslag daarvan, vormgeven via het programma ‘Brabantse Aanpak naar Ruimtelijk Voorstel ‘. In dat proces ruimt de provincie Noord-Brabant een belangrijke plaats in voor regio’s en waterschappen. Zo ook voor RNOB.
Noordoost-Brabant is proactief
Het Dagelijks Bestuur van RNOB wil proactief zijn en wil daarom een ‘Ruimtelijk Voorstel RNOB’. Dit wordt onze inbreng voor het Brabantse Ruimtelijk Voorstel. RNOB biedt aan gemeenten en waterschappen een overlegtafel om tot zo’n voorstel te komen en om af te stemmen met de provincie. De inbreng voor het Ruimtelijk Voorstel RNOB verloopt via de regionale programmaregisseurs, projectleiders van de gemeentelijke omgevingsvisies, de gemeentelijke directeuren Ruimtelijke Ordening en het waterschap. De broodnodige bestuurlijke afstemming vindt zoveel mogelijk plaats in portefeuillehoudersoverleggen (poho’s) van RNOB.
Het Ruimtelijk Voorstel RNOB heeft – net als het ‘Ruimtelijk Voorstel’ van de provincie – geen juridische status. Samen met de provincie Noord-Brabant als ‘eigenaar’ van deze bouwsteen voor de nieuwe Nota Ruimte, worden de colleges van B&W en gemeenteraden op de hoogte gehouden van het verloop van het proces, inclusief de momenten waarop gemeenteraden en algemeen besturen van de waterschappen zelf aan zet zijn.
Tijdspad
Het tempo van de integratieslag van het Rijk is erg hoog. In oktober 2023 moeten op landelijk niveau voor de betreffende sporen al de eerste ‘piketpaaltjes’ geslagen zijn. Deze ‘piketpaaltjes’ vormen uiteindelijke de inbreng voor een nieuwe Nota Ruimte van het Rijk dat daarmee – meer dan tot nu toe – de kaders gaat stellen voor de ruimtelijke inrichting in Nederland. De provincies zullen dat op hun beurt doen via hun Provinciale OmgevingsVisie (POVI).
Tussentijdse afstemming
Tegelijk met het opstellen van het Ruimtelijk Voorstel van de provincie Noord-Brabant wordt dus gewerkt aan het Ruimtelijk Voorstel RNOB. De planning is erop gericht om direct na de zomervakantie de eerste contouren gereed te hebben. Gedurende die tijd vindt er tussentijds afstemming plaats met de provincie over de beide ruimtelijke voorstellen.